Ben jij aan de beurt voor geweld?

Het is een van de lesjes die alle oud­ers hun kinderen bij moeten bren­gen: je kunt niet alti­jd direct kri­j­gen wat je wilt. Soms moet je nog even wachten.

Bij grote mensen is dat niet anders. Alleen is dat wacht­en dan vaak wat meer gefor­maliseerd en moet je plaats nemen in een wachtkamer of op een wachtli­jst. Nu zijn de mensen op zulke wachtli­jsten soms een tikkie ongeduldig, of duurt het wacht­en onre­delijk lang. En dan komen de wachtli­jsten in het nieuws.

Een greep uit de media: “Kamer­brief over wachtli­jsten bij zieken­huizen”, “Leden­stop en wachtli­jsten bij sportv­erenigin­gen”, “Wachtli­jsten bij restau­rants Nijmegen rond kerst”, “Lange wachtli­jsten bij peuterspeelzalen”…

Je kunt je dus mijn ver­baz­ing voorstellen toen ik de vol­gende kop in de krant zag, afgelopen week.

NRC, 2 maart 2016
NRC, 2 maart 2016

Verder lezen Ben jij aan de beurt voor geweld?

Waar is Charlie?

Het is alweer meer dan een jaar gele­den dat, na de ter­reuraanslag in Par­i­js op de redac­tie van het satirische week­blad Char­lie Heb­do, de zin Je suis Char­lie opdook. In de vorige Taalei­doscoop keken we al naar het woord meme – en dit korte zin­net­je is een vol­bloed­in­ter­net­meme gebleken. “Je suis…” is niet meer weg te denken.

De originele Je suis Charlie
De orig­inele Je suis Charlie

Deze slo­gan is ongeveer een uur na de aanslag bedacht en als zwart-gri­js-wit woord­merk online gezet (op Twit­ter) door Joachim Roncin, een Franse kun­ste­naar en muziekjour­nal­ist. De naam Char­lie Heb­do was toen volop in de media en Roncin moest denken aan een serie boeken die hij vaak met zijn zoon bekeek: Où est Char­lie? Je kent miss­chien wel de heer­lijke Waar is Wal­ly? zoek­boeken – dit is daar de Franse ver­tal­ing van. (Het Engelse orig­i­neel is Where’s Wal­ly?) Verder lezen Waar is Charlie?

De ene Bowie is de andere niet

Rond 1796 werd er in de Verenigde Stat­en een jonget­je geboren dat de geschiede­nis in zou gaan als een geduchte vechters­baas, pio­nier in het Wilde West­en, rev­o­lu­tion­air sol­daat en naamgev­er van zow­el een jachtmes als een rockster.

James Bowie (1796-1836)
James Bowie (1796−1836)

Hij werd nog geen 40 jaar oud, maar was al een lev­ende leg­ende ten tijde van zijn dood. Zijn naam was Bowie. James Bowie. Roep­naam Jim.

Verder lezen De ene Bowie is de andere niet

De eeuwenoude pijn van Lorem ipsum

Lorem ipsum, daar gaat dit taalver­haal over. Als je aan die twee woor­den genoeg hebt om te weten wat dat betekent, bra­vo! Voor de rest vol­gt eerst nog een kort aanloopje.

Als een tekst gepub­liceerd wordt – of dat nou is als boek of web­site, als brochure of tijd­schrift – kri­jgt hij bij­na alti­jd een opmaak. Dat betekent dat iemand, los van de inhoud van de tekst, nagedacht heeft over hoe die tekst eruit moet zien. Vaak wordt die opmaak al voor­bereid nog voor­dat de defin­i­tieve tekst beschik­baar is. Maar ja, wat vul je dan als design­er in op de plaats waar die ont­brek­ende woor­den nog moeten komen?

Het antwo­ord is: opvul­tekst. Dum­mytekst. Een serie woor­den die het ontwerp eruit lat­en zien alsof de echte tekst er al is. Maar je moet natu­urlijk niet ver­geten om die tijdelijke tekst weer te ver­wi­jderen, en daarom gebruiken ontwer­pers vaak non­sen­stekst, zodat hij makke­lijk te herken­nen is.

Goed. “Lorem ipsum”, dat is zo’n serie non­senswo­or­den. Hier zie je een voor­beeld, uit een sjabloon van een mod­erne tek­stver­w­erk­er. De opmaak is hele­maal kant en klaar, alleen de echte tekst ont­breekt nog.

Verder lezen De eeuwe­noude pijn van Lorem ipsum

ISIS, IS, ISIL en nu… Daesh?

In de tweede akte, tweede scène van William Shake­spear­es Romeo and Juli­et vin­dt de fameuze balkon­scène plaats. Juli­et, van de fam­i­lie Capulet, heeft haar hart ver­loren aan Romeo. Hoorde hij maar niet bij de ver­foei­de fam­i­lie Mon­tague, verzucht ze – dan zou hun geheime liefde niet gedoemd zijn.

“What’s in a name?” vraagt Juli­et. Ik houd van jou, welke naam je ook hebt: “that which we call a rose / By any oth­er name would smell as sweet”. En Romeo wil inder­daad zijn gehate naam afzw­eren: “Call me but love, and I’ll be new baptiz’d; / Hence­forth I nev­er will be Romeo.”

Welke naam je iets geeft is belan­grijk, heel belan­grijk. Dat zag je weer eens duidelijk in de nasleep van de ver­schrikke­lijke aansla­gen van afgelopen vri­jdag in Parijs.

François Hollande
François Hol­lande

Het viel me direct op dat pres­i­dent Hol­lande in zijn toe­spraak naar de organ­isatie achter daders ver­wees als “Daesh”, en niet als “ISIS” of “Islami­tis­che Staat”.

Waarom was dat?

Verder lezen ISIS, IS, ISIL en nu… Daesh?

Een hele grote oorkonde

De kans is groot dat je het per­son­age in het plaat­je hier­naast direct herkent. In de ver­halen over Robin Hood is hij de gez­woren vijand van de hoofd­per­soon, en deze Dis­ney-ver­sie van Prince John (met de onver­getelijke stem van Peter Usti­nov) is een klassiek­er. De prins in de film is de incom­pe­tente, machts­beluste, iet­wat hys­ter­ische regent van Enge­land tij­dens de afwezigheid van zijn broer, Kon­ing Richard I, die op kruis­tocht is. John is geen sym­pa­thiek figu­ur dus, en toch is hij de held van dit taalverhaal.

Kleine broertjes hebben het soms moeilijk...
Kleine broert­jes hebben het soms moeilijk…

Nou ja… zijn his­torische evenknie dan, die na het over­li­j­den van zijn broer in 1199 de troon over­nam als Kon­ing John. De goede man zal vast zijn kwaliteit­en hebben gehad, maar his­tori­ci zijn het erover eens dat zijn kon­ingschap weinig suc­cesvol was en zijn karak­ter alles­be­halve nobel. Zo ver zat Dis­ney er dus niet naast. Toch heeft hij min­i­maal één ding gedaan wat hem voor alti­jd een plaats in de geschiedenis­boeken heeft bezorgd. En daarover gaat deze column.

Verder lezen Een hele grote oorkonde