De taalterm van deze week, tussenwerpsel, heeft het niet zo op lange, ingewikkelde gesprekken. Voor nuance en diepere beschouwing hoef je bij hem niet aan te kloppen. Nee, veel liever zegt hij kort en bondig waar het op staat – en, nu hij toch bezig is, hoe hij zich daarbij voelt.
Definitie
Een tussenwerpsel is een korte uitspraak die helemaal op zichzelf staat en op een kernachtige manier een bepaald gevoel overbrengt. Je kunt hiervoor ook de vakterm interjectie tegenkomen.
Tussenwerpsels kunnen ook een klank nabootsen of korte boodschap zoals een groet overbrengen. Meestal zijn tussenwerpsels maar één woord, maar dat hoeft niet per se.
Vaak worden interjecties met een uitroepteken geschreven om te benadrukken dat ze hardop uitgesproken worden.
Voorbeelden
- Wow!
- Hoera!
- Oef…
- Boem!
- Hatsjie!
- Joepie!
- Hoi! / Doeg!
- Potjandorie!
- Lieve hemel!
- Nou moe!
- Ach jee…
Etymologie
Dit is zo’n taalterm waarvan de Nederlandse en de Latijnse benaming op dezelfde manier zijn opgebouwd.
- tussen + werpsel (van werpen)
- inter- (tussen) + iacere (werpen)
Een interjectie wordt dus als het ware tussen de zinnen in een tekst “geworpen” als losstaand element, om een bepaald gevoel te benadrukken.
Weetje
Je kunt een tussenwerpsel ook in een zin plaatsen als “geluidseffect”, zeker in een gesproken of voorgelezen tekst.
- Gisteren hebben we eindelijk gehoord dat we – hoera! – de opdracht binnen hebben.
- En toen viel de schildpad (boem!) met zijn kont in de waterplas.