Taalterm: Semanteem

De taal­term van deze week, seman­teem, heeft het niet zo op toeters en bellen. Je kunt hem aan­kle­den met aller­lei ver­siersels, maar daar is hij niet van onder de indruk. De enige vraag die voor hem telt, is: wat beteken ik eigenlijk?

Definitie

Een seman­teem is een onderdeel (mor­feem) van een woord dat beteke­nis draagt. Een woord kan ook uit meerdere seman­te­men bestaan.

Ter con­trast: woor­den hebben ook onderde­len die op zichzelf géén beteke­nis dra­gen, zoals ver-, be-, ‑ig en ‑schap.

Voorbeelden

  • In het woord huiselijk is “huis” een seman­teem, maar “-elijk” niet.
  • In ver­plaat­sen is “plaats” een seman­teem, maar “ver-” en “-en” niet.
  • In pol­shorloge zijn zow­el “pols” als “hor­loge” semantemen.

Etymologie

Deze term komt uit de Franse taalkundi­ge tra­di­tie, maar is inter­na­tion­aal nooit breed overgenomen. Het woord is afgeleid van semantiek (betekenisleer), wat weer een Griekse bron heeft:

  • seman­tikos (betekenisvol), van sema (teken)

Weetje

In plaats van “seman­teem” zullen veel taal­weten­schap­pers eerder spreken over een vrij mor­feem.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *