Als je wel eens bij de Japanner sushi hebt gegeten, is er een goede kans dat je ook van een hapje zeewiersalade hebt genoten. En als je als kind eens een snee hebt opgelopen, is er een goede kans dat een ouder of arts de wond heeft ontsmet met jodium. Au!

Wat die twee met elkaar te maken hebben? Welnu, ga even met me mee naar Frankrijk, aan het begin van de negentiende eeuw. Dat was geen tijd van pais en vree, want het land was betrokken in menig militair conflict. Het was de tijd van de Napoleontische oorlogen.
Voor die oorlogen had het Franse leger buskruit nodig, veel buskruit. En om buskruit te maken heb je kaliumnitraat nodig, ook bekend als salpeter. Om salpeter te maken heb je natriumcarbonaat (soda) nodig. En dat werd weer gewonnen uit zeewier door het te verbranden en dan de as te wassen met water. Wat er dan nog aan restmateriaal overbleef werd vernietigd door er zwavelzuur aan toe te voegen.
Oké, vergeet even de scheikunde en denk in plaats daarvan aan Bernard Courtois (1777−1838). Hij was chemicus en zoon van een salpeterfabrikant, en hij hielp zijn vader bij het chemische proces dat hierboven staat. Op een dag in 1811 wilde hij weer eens een vat reinigen met zwavelzuur, maar hij schoot een beetje uit. Tot zijn verbazing zag hij dat er een paarse damp vrijkwam, en dat die op koude oppervlakten neersloeg als kleine, donkere kristallen.
Courtois wist niet precies wat hij gevonden had, en deelde zijn observaties met de vooraanstaande wetenschappers van de dag, waaronder André-Marie Ampère. Die gaf weer een beetje van het goedje aan de Britse scheikundige Humphry Davy, en deze laatste schreef op 10 december aan de Royal Society of London for the Improvement of Natural Knowledge dat hij een nieuw chemisch element had geïsoleerd.
Het kreeg de naam iodine omdat iodes het Griekse woord voor paars is. Paarsium, zeg maar, maar dan chiquer. In het Nederlands werd dat“jodium”.
Jodium bleek een nogal giftig, agressief goedje te zijn. En in bepaalde chemische verbindingen zelfs ronduit explosief. Maar toch hebben we er veel toepassingen voor gevonden. Als ontsmettingsmiddel bij wonden en operaties bijvoorbeeld. En als toevoeging in zout en brood, om te helpen ziektes als krop (vergrote schildklier) te voorkomen.
Al met al reden genoeg om toch even de tanden op elkaar te zetten bij dat watje met jodium, maar ook om extra te genieten van die zeewiersalade.