De mailbox in mijn computer wordt met grote regelmaat vervuild met allerlei berichtjes waar ik niet om gevraagd heb. Meestal beloven die iets in de trant van een waanzinnig gespierd lichaam of ongekende rijkdom of seksueel genot van mythologische proporties of overtollige pondjes die eraf vliegen alsof het je reinste tovenarij is.
Het is natuurlijk allemaal onzin. Gelukkig heeft mijn e‑mailprogramma een filter dat de meeste van deze berichtjes meteen naar de prullenbak doorverwijst. Maar een enkele keer glipt er eentje tussendoor. Inmiddels heb ik een comfortabel automatisme ontwikkeld om deze mailtjes dan alsnog in het e‑vagevuur te werpen.
Maar onlangs bleef ik toch even wat langer naar een van die rotmails kijken. De blijde boodschap was dit keer: “Geet baack the aamzing seex lifee thaat you oonce haad”. Welja. Dat kan me allemaal gestolen worden, natuurlijk, maar de precieze bewoording van deze tekst trok toch wel mijn aandacht.
Afgezien van the en you is er geen enkel woord in die hele zin dat correct gespeld is. En toch kon ik, net als jij denk ik, de hele zwik in een keer doorlezen en snappen, zonder hapering. Da’s toch knap. Niet van mij, maar van taal.
Ik begrijp natuurlijk best dat de makers van zo’n pestmail de woorden anders spellen om mijn junkfilter om de tuin te leiden, maar daar gaat het niet om. Dat zinnetje is gruwelijk door de mangel gehaald en desondanks nog perfect leesbaar. Leg maar eens een fiets onder een stoomwals – dan kan je er echt niet meer op rijden! Maar Geet baack the aamzing seex lifee thaat you oonce haad flikt het hem toch maar even. En zo kan zelfs spam een uithangbord zijn voor de wonderbaarlijke kracht van taal.
Er was trouwens een tijd dat Spam, voor Engelssprekenden in ieder geval, een ingeblikt vleesproduct was. En dat is het nog steeds. Kijk maar eens op spam.com en bereid je voor op een feel good-schok van ongekende proporties. Erg gezond is het goedje vast niet, maar het gaat al lang mee: de merknaam Spam is in 1937 in het leven geroepen, als verkorting van spiced ham. (In Nederland wordt iets dergelijks verkocht onder de naam Smac.)

Spam geniet in Groot-Brittannië een bijzondere status in de populaire cultuur, omdat het in de Tweede Wereldoorlog een van de weinige vleesproducten was die niet op rantsoen ging. De mannen van Monty Python gebruikten Spam in een sketch uit 1970, waarin er in een restaurant nauwelijks een gerecht te krijgen is waarin géén Spam verwerkt is. Die onontkoombaarheid van Spam was vervolgens de inspiratie voor het gebruik van het woord spam dat we nu het beste kennen: junkmail. Aamzing, toch?