De taalterm van deze week, dactylus, valt met de deur in huis maar houdt zich dan meteen weer koest. Nou, twee tellen dan, want daarna begint hij weer vrolijk opnieuw.
Definitie
Een dactylus is een versvoet die uit drie lettergrepen bestaat: eerst een beklemtoonde, gevolgd door twee onbeklemtoonde. De klemtoon in een dactylus valt dus zo: DA-dum-dum.
Oplettende lezers herinneren zich misschien wel de anapest, die het spiegelbeeld is van de dactylus: een versvoet met twee onbeklemtoonde en dan één beklemtoonde lettergreep. Dus da-da-DUM in plaats van DA-dum-dum.
Voorbeelden
De volgende twee zinnen bestaan elk uit vier opeenvolgende dactyli. De beklemtoonde lettergrepen zijn onderstreept.
- Als ik je zie denk ik altijd aan appeltaart.
- Dwaas is de man die zijn vrouw niet vertrouwen kan.
Etymologie
Het woord dactylus is, al zou je dat niet meteen zeggen, een metafoor. Het komt namelijk van het Griekse woord voor vinger (of teen):
- dactylos (vinger)
Waarom deze beeldspraak? Een vinger bestaat uit drie kootjes, en een dactylus uit drie lettergrepen.
Weetje
Je zult de woorden dactylus en anapest misschien niet snel gebruiken, maar ze zijn wél heel makkelijk uit elkaar te houden.
Het woord anapest ís namelijk een anapest (klemtoon op de laatste van drie lettergrepen); en het woord dactylus is zelf een dactylus (klemtoon op de eerste van drie lettergrepen)!
Bonus-weetje:
De woorden dactylus en anapest zijn dus allebei voorbeelden van autologie.