De taalterm van deze week, trappen van vergelijking, zoekt het graag hogerop. Per definitie, zou je bijna zeggen. Maar hij kent zijn plaats, en weet dondersgoed dat bescheidenheid soms de voorkeur heeft. Je moet immers niet te pocherig willen overkomen. Ken jezelf, zegt hij, dan is goed gemikt altijd raak.
Definitie
De trappen van vergelijking geven voor een bijvoeglijk naamwoord of een bijwoord aan in welke gradatie de toegewezen eigenschap aanwezig is.
En zijn drie trappen: de positief (basisvorm), de comparatief (een-op-een vergelijkend) en de superlatief (eentje als uitschieter tegenover de rest). Oftewel: leuk, leuker, leukst.
Je kunt hiervoor ook de volgende termen tegenkomen: stellende trap, vergrotende trap en overtreffende trap.
Voorbeelden
Even een geheugensteuntje: met een bijvoeglijk naamwoord zeg je iets over een eigenschap van een zelfstandig naamwoord. De voorbeelden hieronder laten de drie trappen van vergelijking zien:
- Fatima rijdt in een rode auto.
- Aluminium is lichter dan ijzer.
- Dat is de beste oplossing.
Met een bijwoord zeg je juist iets over een eigenschap van een werkwoord of een bijvoeglijk naamwoord. Zie de trappen van vergelijking in deze drie voorbeelden:
- Dat heb je snel gefikst!
- Han heeft de toets beter gemaakt dan Kim.
- Zij is de meest elegante vrouw die ik ken.
Etymologie
Het woord trap is hier een vertaling van het Latijnse gradus, dat “stap” of “graad” betekent. Er is dus zowel een link met het idee van gradatie (meer of minder) als van een voetstap of trede. Vandaar de trappen.
Wat deze trappen in een tekst doen is aangeven hoe twee zaken zich tot elkaar verhouden. Vandaar de vergelijking.
Weetje
Met de overtreffende trap ben je bovenaan op de trappen van vergelijking beland. Maar toch is er een manier om daar nog een schepje bovenop te doen! Meer weten? Lees dan snel verder over de elatief.