De taalterm van deze week, non-verbaal, is een groot fan van “spreken is zilver, zwijgen is goud”. Als het even kan, laat hij de woorden voor wat ze zijn en drukt hij zich uit zonder iets te zeggen.
Definitie
Het bijvoeglijk naamwoord non-verbaal zegt iets over de manier waarop informatie wordt overgedragen. Verbale communicatie maakt gebruik van woorden, non-verbale communicatie niet. Non-verbaal duidt dus op iets wat niet-talig is, zoals iemands gebaren, blik, kledingkeuze of houding.
Voorbeelden
- Jan zei wel dat hij het cadeau mooi vond, maar ik zag toch non-verbale signalen dat hij er niet echt blij mee was.
- Die Chinese toerist sprak echt geen woord Engels, dus ik heb hem non-verbaal duidelijk moeten maken waar het Rijksmuseum is.
- Bij een sollicitatiegesprek let de werkgever er altijd op hoe een kandidaat zich non-verbaal presenteert.
Etymologie
Deze term heeft een ingebouwde ontkenning:
- non- (niet) + verbaal (talig, van het Latijnse verbum [woord])
Weetje
Je kent vast ook de term proces-verbaal. Ook daar is verbaal verwant aan de betekenis “talig”, want het gaat om een uitgeschreven verslag (in woorden dus) van een vermeend strafbaar feit. Let op: verbaal wordt hier als zelfstandig naamwoord gebruikt.