Taalterm: Koppelteken

De taal­term van deze week, kop­pel­teken, is heel soci­aal. Als hij twee vrien­den elk op zichzelf ziet staan, stelt hij ze meteen aan elka­ar voor. Want alleen is maar alleen, vin­dt hij zelf. En met een beet­je geluk wor­den die twee vrien­den dan de beste maat­jes en gaan ze verder samen op stap.

Definitie

Een kop­pel­teken (-) is een leesteken dat eruitzi­et als een kort hor­i­zon­taal streep­je op een hoogte van ongeveer halver­wege de kleine let­ter x.

Je gebruikt een kop­pel­teken om in som­mige samengestelde woor­den de delen aan elka­ar te verbinden.

Voorbeelden

  • min­is­ter-pres­i­dent
  • kan­di­daat-notaris
  • aspi­rant-lid
  • adjunct-directeur
  • inter­im-man­ag­er

Etymologie

Het kop­pel­teken doet wat er op de ver­pakking staat: het is een (lees)teken dat taalele­menten aan elka­ar koppelt

  • kop­pel (van kop­pe­len, verbinden) + teken (verko­rt van leesteken)

Weetje

Het kop­pel­teken ziet er pre­cies het­zelfde uit als een afbreek­teken en een weglat­ing­steken. Daarom kom je ook wel eens de term liggend streep­je tegen, waarmee je alle drie die leestekens kunt aanduiden.

Maar let op! Met “liggend streep­je” geef je alleen de vorm aan van dit leesteken. Qua func­tie zijn een koppel‑, afbreek- en weglat­ing­steken duidelijk anders.

Bonus-weet­je
Wil je meer weten over deze én andere streep­jes, in het Ned­er­lands en het Engels? Lees dat dit eerdere artikel op Taalei­doscoop!

Abonneer
Laat het weten als er
guest

0 Comments
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties