De taalterm van deze week, eindklankverstemlozing, gelooft niet zo in comfort zones. Variatie maakt de dingen alleen maar leuker, vindt hij. Zeker aan het eind, als je denkt dat je weet hoe het afloopt, draait hij de boel graag op zijn kop.
Definitie
Eindklankverstemlozing is een eigenschap van de uitspraak van het Nederlands, waarbij een stemhebbende klank stemloos wordt als hij aan het eind van een woord valt.
Voorbeelden
In sommige gevallen blijft in de spelling dezelfde letter behouden, maar verandert de klank. Let op:
- De b’s in het midden van hebben klinken als een [b] (stemhebbend), maar de b aan het eind van heb klinkt als een [p] (stemloos).
- De d in houden klinkt als een [d] (stemhebbend), maar de d aan het eind van houd klinkt als een [t] (stemloos).
In andere gevallen vervang je de letter die hoort bij de stemhebbende klank door de letter die hoort bij zijn stemloze variant. Zoals hier:
- De z in kiezen klinken als een [z] (stemhebbend), maar aan het eind van kies verandert hij in een s die ook klinkt als een [s] (stemloos).
- De v in geven klinken als een [v] (stemhebbend), maar aan het eind van geef verandert hij in een f die ook klinkt als een [f] (stemloos).
Deze omslag van z naar s en van v naar f blijft zelfs behouden bij werkwoordvervoegingen als je er een -t of een -dachteraan plakt.
- vrezen – hij vreest – we hebben gevreesd
- leven – zij leeft – ik heb geleefd
Etymologie
De samenstelling van deze fraaie taalterm is heel functioneel:
- eind (laatste) + klank (eenheid van uitspraak) + ver- (voorvoegsel bij werkwoordvorming) + stem (eigenschap van klank) + -loos (zonder) + -ing (achtervoegsel voor vorming zelfstandig naamwoord)
Weetje
De eindklankverstemlozing van het Nederlands kan over de grenzen een valkuil zijn: het is een van de redenen dat een Hollandse tongval in het Engels zo opvalt.
Bij ons hoor je immers niet het verschil tussen een b en een p aan het eind van een woord: de woorden krap en krabzijn homofoon. Hetzelfde geldt voor woorden die eindigen op een d of een t: bod en bot klinken identiek. Idem dito voor de meer zeldzame leenwoorden die eindigen op een v of z: kalasjnikov en pilav eindigt op een f‑klank; quiz en fezeindigen op een s‑klank.
Maar in het Engelse is dit niet zo! Daar heb je geen eindklankverstemlozing en een d‑klank aan het eind van een woord klinkt dus als een d, niet als een t. En een b‑klank aan het eind klinkt als een b, niet als een p. Hetzelfde geldt voor z‑klanken en v‑klanken. Dan heb je ook nog woorden die eindigen op Engelse g‑klank, zoals leg en dog. Ook die is stemhebbend en wordt aan het eind van een woord niet ineens stemloos.
Toch wil onze Nederlandse uitspraakintuïtie vasthouden aan die verdraaide eindklankverstemlozing. En dus spreken we als we even niet opletten friend uit als “frent”, job als “djop”, have als “hef”, quiz als “kwis”, en blog als “blok”. Allemaal niet zoals het hoort.
Dus denk er bij je eerstvolgende Engelstalige gesprek aan: zet eerst even de eindklankverstemlozing-knop op uit, dan klinkt je Engelse uitspraak meteen on-Hollands goed!