De taalterm van deze week, antropomorfisme, is een echte mensenvriend. Hij vindt het leven vaak al moeilijk genoeg, en zegt dat hij alles veel makkelijker kan begrijpen als hij zich inbeeldt dat hij omringd wordt door mensen. Ook als die er niet zijn.
Definitie
Antropomorfisme is een stijlvorm waarin je een idee, fenomeen of verschijnsel beschrijft alsof het een mens was.
Het zien of begrijpen van niet-menselijke dingen alsof ze wél menselijk waren is misschien wel een van de meest voorkomende vormen van beeldspraak.
Voorbeelden
- De auto wilde vanmorgen niet starten.
- De koude regen sloeg hem in het gezicht.
- De lange arm van de wet.
Terwijl we natuurlijk donders goed weten dat een auto niets kan willen, regen niet kan slaan en een wet geen ledematen heeft. Maar door over zulke zaken te denken alsof ze menselijk zijn, maken we het makkelijker om erover te praten.
Etymologie
Zoals bij veel taaltermen vind je de wortels van antropomorfisme in het Grieks:
- anthropos (mens) + morphe (vorm) + -isme (woordvormend element om zelfstandig naamwoorden te maken die een systeem, leer of praktijk aanduiden)
Weetje
Vooral in de kinderliteratuur komt veel antropomorfisme voor. Van oude fabels en sprookjes tot de modernste animatiefilms, we geven allerlei dingen menselijke eigenschappen. Denk maar aan de auto’s in Cars, de pratende wolf in Roodkapje, of de poppen in Winnie-the-Pooh.
Zie ook: animalisering