Onlangs kwam ik een woord tegen dat ik nog nooit gehoord had – en dat is altijd een genoegen. Het woord in kwestie was ook nog eens een heus juweeltje: skeuomorf.
Dat is er zo een waarvan je al op het eerste gezicht zegt: wát?! Vagelijk herken je deel twee wel uit woorden als anamorf of het Engelse morphing, maar het geheel blijft ondoorgrondelijk. Ik zal je uit je lijden verlossen.

Het Griekse skeuos betekent “vat” of “gereedschap”, en morphe betekent vorm. Een skeuomorf is dan ook iets dat (deels) de vorm heeft van een bekend, ouder object, terwijl het dat object niet is. Een paar voorbeelden verduidelijken dat.
Nadat vrouwen eindelijk konden genieten van het gemak van naadloze panty’s, verzonnen fabrikanten weer panty’s met een nepnaad om dezelfde look te behouden. Een skeuomorf. En om bij damesmode te blijven: er zijn schoenen te koop met een gesp die geen enkele functie meer vervult. Die is er gewoon opgenaaid op de plaats waar schoenen vroeger echt een gesp hadden – nog een skeuomorf. Nederland staat vol met huizen die van buiten van baksteen lijken te zijn, maar waarvan de echte (achterliggende) muren van beton zijn. Die baksteen is er alleen voor de aanblik – een skeuomorf dus.
Al met al hebben skeuomorfen dus iets met design te maken. Het zijn vormdetails die ooit noodzakelijk en functioneel waren, maar die hun nut verloren hebben en alleen nog als opzettelijk esthetisch element voortbestaan. Toch zijn ze wel degelijk van belang: ze maken dingen vertrouwd en herkenbaar.

Ook bij het gebruik van symbolen zie je een soort skeuomorfen. Weet je het claxonsymbooltje op het stuur van je auto? Dat ziet eruit als een ouderwetse toeter, maar er zit helemaal niet zo’n toeter in je auto! Het icoon voor het programmaatje Instellingen op mijn iPhone toont raderen en tandwielen – die nergens in zo’n digitaal apparaat te vinden zijn! En toch snap ik in beide gevallen zonder enige moeite wat er bedoeld wordt.
Los van het feit dat skeuomorf een mieters leuk woord is, zijn skeuomorfen zelf heel veelzeggend. Ze maken duidelijk dat wij mensen hechten aan wat we kennen, dat we een nostalgiewaakvlammetje in ons bewustzijn brandend houden om niet te vergeten dat er een tijd was dat… nou ja, dat we dingen zoals “mieters” zeiden.