Het zijn misschien geen woorden die je elke dag gebruikt, mits en tenzij. Toch zorgen ze soms voor de nodige verwarring, want ze zeggen allebei iets over een voorwaarde. Maar moet je nou juist wel of niet voldoen aan die voorwaarde?
Waar hebben we het over?
Mits en tenzij zijn allebei voegwoorden. Dat betekent dat ze twee delen van een zin aan elkaar verbinden – vaak een hoofdzin en een bijzin – en iets zeggen over wat de relatie is tussen die delen. In beide gevallen is die relatie voorwaardelijk. Oftewel: het ene zinsdeel zegt iets over een voorwaarde die geldt voor het andere zinsdeel.
Betekenis en gebruik
Dit is hoe je deze twee voegwoorden gebruikt:
- Kies voor mits als de voorwaarde juist wel aanwezig moet zijn
- Kies voor tenzij als de voorwaarde juist niet aanwezig moet zijn
Anders gezegd: mits betekent “als x geldt” en tenzij betekent “als x niet geldt”.
Voorbeelden
Stel, je wilt morgen met een stel vrienden naar het park, maar alleen als het mooi weer is. Je wilt dan wel dat de zon schijnt en niet dat het regent. Dus…
- We gaan morgen naar het park, mits de zon schijnt.
- We gaan morgen naar het park, tenzij het regent.
Even opletten
Wat het lastig maakt is dat mits en tenzij elkaars antoniemen zijn. En dat je hun rollen dus kunt omdraaien door simpelweg het woordje niet toe te voegen. Let op:
- We gaan morgen naar het park, tenzij de zon niet
- We gaan morgen naar het park, mits het niet
Je ziet: zodra die voorwaarde waar je wel/niet aan moet voldoen een ontkenning bevat, is de zin meteen lastiger te begrijpen. Pas daar dus mee op!
Weetje
Als je even een snelle test wilt doen, kun je mits vervangen door als en tenzij door behalve als.