Twee weken geleden ging het over Dracula, de niet al te beste horrorroman die desondanks een klassieker is geworden. Vandaag ga ik dit taalverhaal nog verder uitmelken – of, gezien het onderwerp: het bloed er nog verder uit zuigen – door een lijntje te trekken naar pagina 2067 van het Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal, veertiende uitgave.
Dat ligt misschien niet helemaal voor de hand, maar het kan. Let op.
Dracula is geschreven door Bram Stoker, geboren in Ierland in 1847 en gestorven in Londen in 1912. Stoker was in zijn studietijd vrienden met Oscar Wilde (en is later getrouwd met een meisje waar Wilde ook avances naar had gemaakt), maar zo ver als die grootheid heeft hij het niet geschopt: eigenlijk is Dracula het enige schrijfsel waar Stokers faam nu op rust.
Stoker deed dan ook meer dan alleen schrijven: zijn day job was jarenlang om de persoonlijk assistent te zijn van Henry Irving (1838−1905), een gerespecteerd Engels toneelspeler en de eerste acteur die in zijn land geridderd werd en zich dus Sir mocht noemen. De eerste keer dat Bram Stoker deze Irving zag, was in een komisch stuk van de Ierse toneelschrijver Richard Brinsley Sheridan (1751−1816; die was dus al dood ruim voordat Stoker en Irving geboren werden).
Dat blijspel was The Rivals, Sheridans eerste stuk, uit 1775. In The Rivals komt een komisch personage voor – een dame die steeds zó haar best doet om chic en voornaam te spreken, dat ze woorden verhaspelt en dus juist heel domme dingen zegt. Deze Mrs. Malaprop zegt bijvoorbeeld, in akte 1, scène 2: “You will promise to forget this fellow – to illiterate him, I say, quite from your memory.” Dat moet dus zijn: obliterate (uitwissen, doen verdwijnen).
De naam van Mrs. Malaprop is goed gekozen: de dingen die zij zegt, zijn mal à propos: ze zijn te onpas. Een Nederlandse Mevrouw Malaprop zou kunnen zeggen: “Dokter, mijn arme buik doet zo’n pijn. Ik heb al de hele week last van consternatie!”
Welnu… Van de naam van Mrs. Malaprop is een woord afgeleid voor precies dit soort versprekingen. Eerst in het Engels: malapropism. Maar nu ook in het Nederlands, vlak voor het trefwoord “mal-à-propos” in de Dikke Van Dale, op bladzijde 2067: malapropisme.