Eerst even de korte samenvatting. De Engelse koning Charles I leefde van 1600–1649. Hij verloor tijdens de Engelse Burgeroorlog de macht aan Oliver Cromwell cum suis, de monarchie werd afgeschaft en Charles werd voor hoogverraad onthoofd. Elf jaar later hernam zijn zoon de macht toen de monarchie weer hersteld werd; deze opvolger (1630−1685) regeerde als Charles II. De oudste zoon (geb. 1948) van de huidige Britse monarch heet ook Charles. Als deze kroonprins, de Prince of Wales, te zijner tijd inderdaad de troon bestijgt en zijn eigen naam aanhoudt, wordt hij dus koning “Charles III”.
Oké, let op. Afgelopen donderdag kwam ik al bladerend door de NRC twee van deze Engelse Charlesen tegen. De ene werd netjes Charles genoemd, maar de andere werd Karel genoemd. Waarom?
Een jarige en een opgedoken jurk
Prins Charles stond in een artikel over de 90ste verjaardag van zijn moeder, Koningin Elizabeth. Deze Charles wordt “Charles” genoemd.
Koning Charles I stond in een artikel over een jurk die duikers hadden gevonden in een scheepswrak bij Texel. Deze jurk bleek te zijn van Jean Kerr (1585−1643), een hofdame van de Engelse koningin Henriette Maria, vrouw van Charles. Deze Charles wordt “Karel” genoemd.
Dat klinkt misschien alsof de krant even niet goed heeft opgelet, maar het ligt iets ingewikkelder (en interessanter!).
Tijden veranderen
Het was lange tijd gebruikelijk om voornamen (en soms ook achternamen) van de ene naar de andere taal te vertalen, als er een evenknie voor bestond. Dit gold zowel voor echte personen als voor denkbeeldige personages.
Daarom heet Willem Tell – die van de zoon, de appel en de pijl en boog – in Frankrijk Guillaume Tell, in Duitsland Wilhelm Tell, in Italië Guglielmo Tell, in Engeland William Tell en in Spanje Guillermo Tell.
En daarom heet Christoffel Columbus – die van het ei en de ontdekking van Amerika – in Frankrijk Christophe Colomb, in Duitsland Christoph Kolumbus, in Italië Cristoforo Colombo, in Engeland Christopher Columbus en in Spanje Cristóbal Colón.
Zo’n afwijkende naam in een andere taal heet formeel een exoniem.
Maar dat gebruik is aan het veranderen. Harry Potter heet overal Harry Potter. En Bill Clinton is overal Bill Clinton – niet “Guillermo Clinton” of “Wilhelm Clinton” of zoiets. De verschillende culturen van de wereld (en hun talen) zijn steeds meer vervlochten aan het raken, waardoor dit soort lokale aanpassingen minder belangrijk worden.
Karel, Philips en een paus
En zo kan het komen dat de ene Engelse Charles (de vroegste van de twee) in het Nederlands al bijna vier eeuwen “Karel” wordt genoemd, en de andere (de meest recente) “Charles”.
Maar er zijn meer voorbeelden te vinden. Je kent van je geschiedenislessen misschien de Spaanse koning Philips II (1527−1598). Die van Willem van Oranje en de opstand in de Noordelijke Nederlanden, en ook die van Elizabeth I en de Spaanse Armada. Wij kennen hem als Philips, in Frankrijk zeggen ze Philippe, in Duitsland Philipp, in Italië Filippo, in Engeland Philip en in Spanje (waar hij vandaan kwam) Felipe.
Nu wil het toeval dat de huidige Spaanse koning ook Felipe heet. De zesde. En wij noemen hem… Felipe VI. Net als in Frankrijk, Duitsland en Engeland. Alleen de Italianen volharden nog en noemen hem Filippo VI.
Zo zie je dat dit proces nog volop in gang is, maar de trend is duidelijk: er worden steeds minder namen vertaald.
Eén uitzondering hierop is de paus. Nederlanders noemen de huidige paus Franciscus, maar hij staat ook bekend als François, Franziskus, Francesco, Francis en Francisco.
En nu mag jij raden welke naam bij welke taal hoort…