Heb jij dat ook? Dat er om je heen mensen zijn die de laatste tijd ineens spontaan een handicap oplopen? En dan bedoel ik niet een golfhandicap, maar iets wat veel ernstiger is.
Het overkomt me steeds vaker dat ik een e‑mail krijg van iemand met een verzoek of een vraag, en dat die e‑mail dan eindigt met een wonderlijke formulering. Niet “Met vriendelijke groet, Bianca” of “Bedankt alvast, Joyce”, maar iets als “Ik hoor graag! Jessica”. Of zelfs nog beknopter: “Hoor graag, Mieke”.

En dan denk ik altijd: Jee, ik kan me dat levendig voorstellen. Als dat meisje ineens doof is geworden, natúúrlijk wil zij dan graag horen! (Voor de goede orde: er zijn ook mannen die “graag horen”, maar ik heb de indruk dat ik dit vaker lees bij vrouwelijke afzenders.)
Of misschien bedoelen ze het anders, meer in de zin van “Ik lees graag thrillers”. Dat ze dus blij zijn dat ze kunnen horen, en dat graag doen. Nou ben ik ook blij dat ik zie, ruik en proef – maar ik zet niet aan het eind van een e‑mail “Ik ruik graag!”. Dus er is hier iets anders aan de hand, denk ik.
Nee, dit is niet een zintuigelijke handicap, maar een communicatieve. Deze lieve mensen verliezen kennelijk het vermogen om voluit een zin te schrijven zoals: Ik – hoor – het – graag – van – je.
Het is met name dat woordje het waar het aan schort. Even een beetje technisch: zonder dat woordje verandert horen hier van een transitief werkwoord (“ik hoor het”; “hij hoort de auto”) in een intransitief werkwoord (“oma hoort slecht”). De betekenis verandert dus.
Soms schieten ze bijna raak en staat er “Ik hoor graag van je!” Mijn hart vult zich dan direct met warme gevoelens. Oh wat fijn, ze hoort graag van mij! Maar nee, de domper volgt direct met het besef dat wat ze graag willen horen gewoon het concrete antwoord is op een specifieke vraag. Dat is namelijk de “het” waar ze naar hadden moeten verwijzen.
Zouden ze ook zinnen schrijven als “Ik zie graag tegemoet” of “Ik ontvang graag voor 15 maart”? Ik denk het niet. (Of, om het in handicap-speak te zeggen: ik denk niet.)
Oh ik weet het wel, ik ben een beetje een zeurpiet. E‑mail is een snel medium en we hebben allemaal haast-haast-haast. Door zo’n slotzin even af te raffelen ben je één seconde sneller klaar. En hoewel de tijdsbesparing die dat oplevert (zelfs cumulatief) verwaarloosbaar is, geeft het je op zijn minst het gevoel dat je lekker vlot bezig bent.
Maar toch. Tegen al mijn innig beminde ik-hoor-graag’ers zou ik met gepaste ironie willen zeggen: hoor je het? Hoor je het verschil? Schrijf een complete, correcte zin en hij stáát. En jij, als afzender, staat. Je bent helder en volledig in hoe je je uitdrukt. Maar schrijf een gemankeerde telegramstijlzin… en hij wankelt. Tekst hapert. Is jammer.
Dus overwin je handicap – je kunt het! – en houd op met graag horen. Als je weet wat je bedoelt, zeg dan wat je bedoelt. Dat is niet alleen “netjes”; het zegt ook iets over wie je bent en hoe je in het leven staat. Of kraam ik nu onzin uit?
Ik hoor het graag van je!