De woorden herkent en herkend klinken identiek en ze schelen maar één enkele letter. Toch zijn ze absoluut niet onderling uitwisselbaar. Hoe houd je ze uit elkaar en kies je de juiste vorm? We leggen het uit!
Waar hebben we het over?
De “d’s en t’s” zijn een bekend struikelblok in de spelling van Nederlandse werkwoorden. Dit is met name het geval bij werkwoorden die beginnen met ge-, be-, ver-, ont- en her-.
Betekenis en gebruik
- Herkent is de tegenwoordige tijd (tweede of derde persoon) van herkennen.
- Herkend is het voltooid deelwoord van herkennen.
Met andere woorden:
- Schrijf “hij/zij/het herkent” met een -t zoals je ook hij loopt of zij kent schrijft.
- Schrijf “X heb/heeft/hebben herkend” met een -d zoals je ook Pim heeft gemeld en zij hebben getekend met een -d schrijft. Deze -d komt voort uit de bekende kofschip-regel.
Let op!
Je kunt de voltooide vorm natuurlijk ook maken in de verleden tijd (“X had/hadden herkend”) en met het werkwoord zijn (“X ben/is/zijn herkend” en “X was/waren herkend”).
Voorbeelden
- Een baby herkent de stem van de moeder al voor de geboorte.
- Mijn broer heeft prosopagnosie, dus hij herkent mensen niet aan hun gezicht.
- Heeft de ooggetuige de verdachte herkend?
- De filmster is door omstanders herkend ondanks haar grote zonnebril.
Even opletten
De reden dat werkwoorden zoals gebeuren, bekennen, verklaren, ontwikkelen en herkennen extra lastig zijn, is dat ze bij het voltooid deelwoord geen toegevoegde ge- aan het begin krijgen.
Bij een werkwoord als maken/gemaakt of dansen/gedanst zie je meteen wat het voltooid deelwoord is door die ge-. Maar bij herkennen is dat niet zo. Het verschil in spelling zit hem alleen in die laatste -d of -t. Even extra opletten dus!
Weetje
Precies hetzelfde verschil doet zich ook voor bij het verwante werkwoord erkennen:
- De rechtbank erkent dat de mensenrechten zijn geschonden.
- De buurman heeft erkend dat hij de vader is van het kind.
Eindelijk, eindelijk eens aandacht voor deze zo doorlopend gemaakte taalfouten aangaande de d’s en de t’s en dan in combinatie met de werkwoorden die beginnen met ge‑, be‑, ver‑, ont- en her-! Het is speciaal deze categorie gemaakte taalfouten waaraan ik mij al jaren ronduit groen en geel erger, steeds ook wel degelijk gezien hebbend bij welke type werkwoorden dit zo ontzettend vaak optrad. Zelfs vraag ik mij af of onderwijsgevenden (docenten Nederlands bijvoorbeeld) wel voldoende bedacht zijn op dit specifieke fenomeen, dus die verkeerd gebruikte d’s en t’s in combinatie met juist dit type werkwoorden.