Het nieuws wordt al weken beheerst door updates over de verspreiding van het coronavirus in steeds meer landen en continenten. Als ziekteverwekker doet “corona” het behoorlijk goed, maar ook taalkundig heeft hij het een en ander teweeggebracht.
Verschillende termen buitelen in de verslaggeving over elkaar heen: corona, Covid-19, Wuhanvirus… maar wat betekenen ze allemaal precies? We bekijken de taal van corona door de Taaleidoscoop!
Corona
Het meest in het oog springende woord is wel corona zelf. Het komt voor (met en zonder koppelteken; met en zonder hoofdletter) in samenstellingen zoals coronavirus, corona-beleid en corona-infectie, en staat in zijn eentje symbool voor van alles en nog wat rondom deze infectie. Moet iemand op kantoor flink niezen? Dan heeft een ander al snel gekscherend “Corona!” gezegd.
Corona is het Latijnse woord voor kroon of (lauwer)krans. Maar hoe is dat woord in de naam van dit virus terechtgekomen?
Om te beginnen is er helemaal niet zoiets als “hét coronavirus”. Coronavirussen of Coronaviridae zijn een familie van RNA-virussen die verpakt zitten in een omhulsel met kleine uitsteeksels die de vorm van een knots of bloemblad hebben. Onder een elektronenmicroscoop ziet dat er zo uit.
Dit lijkt een beetje op het beeld dat je krijgt als je tijdens een zonsverduistering een foto maakt van de hete atmosfeer van de zon, die er dan uitziet als een heldere, diffuse lichtkrans. Kijk maar:
Astronomen noemen zo’n lichtkrans sinds de vroege 19e eeuw een corona, omdat het lijkt op een kroon van licht die rondom de zon ligt. En dat inspireerde medici eind jaren 1960 om de familie van RNA-virussen-met-uitsteeksels ook naar een Latijnse kroon te vernoemen.
Binnen de familie van de Coronaviridae heb je de subfamilie van de Orthocoronavirinae. Daaronder valt weer het geslacht van de Betacoronavirussen – en daartoe behoort “ons” coronavirus.
Een nieuw coronavirus
We zijn nu op een klein probleem gestuit. Want het coronavirus dat de voorpagina’s beheerst is er dus maar eentje uit een hele grote verzameling coronavirussen. Sterker nog, menigeen die ’s winters een verkoudheid of de griep oploopt, heeft óók een coronavirus te pakken! (Voor de fijnproevers: zo nee, dan is het waarschijnlijk een rhinovirus.)
Daarom moesten we er iets op verzinnen om dit coronavirus een eigen naam te geven. En dat hebben we ook gedaan, met vallen en opstaan.
Eerst waren de wetenschappers aan zet. Omdat dit virus het resultaat is van een nieuwe mutatie die in 2019 ontstond, verzon men de afkorting 2019-nCoV. Lees: 2019 (het jaar) + n (voor nieuw) + Co (voor corona) + V (voor virus). Ook een andere volgorde deed zijn intrede: nCoV-2019.
Maar ja, dat bekt niet echt lekker. Al snel kwamen journalisten met andere benamingen die meer tot de verbeelding spraken. Misschien heb je het Chinese coronavirus langs zien komen (vernoemd naar het land van oorsprong), of anders het Wuhan-coronavirus (naar de stad), of misschien wel het Wuhan-virus (lekker kort).
Toch heeft rechttoe rechtaan benaming “het coronavirus” – die strikt genomen onvolledig is – zich inmiddels gevestigd in de volksmond als de gangbare naam voor dit virus. Naarmate meer en meer landen besmet raakten, werd de link met de oorspronkelijke Chinese uitbraak ook steeds minder relevant.
Inmiddels wordt coronavirus vaak ook al verkort tot simpelweg “corona” (denk aan coronabeleid, coronavragen, coronavaccin etc.). Als we over een paar jaar weer een corona-uitbraak hebben, zal de naam wel weer herzien worden als “het coronavirus van 2019−2020” of zoiets.
Voor de wetenschappelijke aanduiding is trouwens uiteindelijk gekozen voor SARS-CoV‑2 (severe acute respiratory syndrome coronavirus 2). De toevoeging SARS- is niet toevallig: eerdere virale epidemieën die een naam met SARS of MERS kregen, zoals in 2003 en 2012, waren ook al coronavirussen.
COVID-19
Maar een virus is nog geen ziekte. Het influenzavirus veroorzaakt een ziekte die we “griep” noemen. Dus hoe noemen we dan de ziekte die veroorzaakt wordt door het nieuwe coronavirus?
Op 11 februari 2020, pakweg twee maanden nadat de uitbraak begon op een vismarkt in Wuhan, kwam het verlossende woord van de WHO, de Wereldgezondheidsorganisatie. De nieuwe ziekte heet COVID-19. Ook de variant Covid-19 werd snel populair, omdat “covid” zich fijn als letterwoord laat uitspreken.
Dat de CO + VI in COVID-19 staan voor “corona” en “virus”, dat had je al geraden. Maar waar komt die D vandaan? Voluit heet deze ziekte Coronavirus disease 2019, dus de D is de openingsletter van disease. De 19 staat voor het jaar van de uitbraak: 2019.
Tel maar raak
Je ziet dat we met deze nieuwe naamgeving een voorschot nemen op de mogelijkheid dat dit niet de laatste epidemie met een coronavirus zal zijn. Stel dat het dit jaar in december weer raak is, dan ligt de naam Covid-20 erg voor de hand.
Let op! De nummering van de ziektenamen hanteert dus de jaartallen als basis. Maar de nummering van het virus zelf is voorlopig op basis van simpele cijfers: SARS-CoV‑2 is het tweede coronavirus dat in deze classificatie een naam krijgt.
Daarmee hoeven de twee niet meer in de pas te lopen met elkaar. Stel dat we deze naamgeving aanhouden en de volgende epidemie komt pas over vijf jaar, dan zou je dus SARS-CoV‑3 kunnen krijgen als ziekteverwekker voor Covid-24. De tijd zal het leren…
Naamgenoten
Je zag al dat corona een “gewoon” Latijns woord is. En de astronomen en medici die we eerder tegenkwamen zijn bij lange na niet de enigen die het gebruikt hebben.
Een kleine zoektocht bij de Kamer van Koophandel leert bijvoorbeeld dat er in Nederland meer dan 150 bedrijven zijn met het woord corona in hun handelsnaam. Van Corona Beeldtechniek tot Corona Consultancy, van Corona Bar Dancing tot Bloemensalon Corona – het regent corona’s in het bedrijfsleven.
Er is ook een populair biermerk dat Corona heet. In de afgelopen weken deed het “nieuws” de ronde dat de verkoop van dit bier gekelderd was omdat kopers bang waren geworden door het coronavirus. Dat bleek niet echt het geval (zie deze factcheck), maar de link tussen beide corona’s was te verleidelijk om deze kans op clickbait te laten schieten.
In de Amerikaanse staat Arizona is er zelfs een bedrijf dat Covid heet. Maar vooralsnog lijkt dat geen nare gevolgen te ondervinden van zijn nieuwe naamgenoot.
Toch is de gedachte niet helemaal onzinnig. Toen in de vroege jaren tachtig de aidsepidemie begon, was er een afslankproduct dat al tientallen jaren succesvol was onder de naam Ayds Reducing Plan Candy, kortweg Ayds – wat, inderdaad, een homofoon is van AIDS. Tegen het einde van het decennium waren de verkopen met 50% geslonken en besloot het bedrijf om de merknaam te veranderen in Diet Ayds. Maar het mocht niet meer baten: enkele jaren later is het merk verdwenen.
Hopelijk zullen de bedrijven en merken die nu een “infectie” met corona of Covid oplopen het beter doen. Daar drinken we een biertje op!