Als je wilt weten of je koorts hebt, gebruik je een thermometer om je lichaamstemperatuur te meten. Zit die rond de 37 graden Celsius? Niks aan de hand. De term Celsius komt ook in het Engels voor – maar daar kennen ze ook nog de aanduiding centigrade. Wat is het verschil, en welke van de twee heeft de voorkeur? We zoeken het uit!
Waar hebben we het over?
Ook als twee woorden precies hetzelfde betekenen, is er vaak nog steeds een verschil in hun gebruik en geschiedenis.
Betekenis en gebruik
- Celsius is de naam van een temperatuurschaal op basis van het vriespunt en kookpunt van water, die respectievelijk 0 en 100 graden markeren.
- Centigrade is een andere benaming voor de Celsius-schaal die in de Engelstalige wereld gangbaar was, maar nu steeds minder gebruikt wordt.
In de praktijk komt het erop neer dat “Celsius” en “centigrade” synoniem zijn. Vaak zul je in plaats van het volledige “degrees Celsius” de afkorting ℃ tegenkomen.
Voorbeelden
- The melting point of iron is 1,535° Celsius.
- Hydrogen boils at −252,9 degrees centigrade.
- We’re expecting hot weather with highs up to 35 ℃.
Even opletten
Celsius is een eponiem: deze maat is vernoemd naar de jonggestorven Zweedse astronoom Anders Celsius (1701−1744). De term centigrade is meer praktisch, en is opgebouwd uit de Latijnse woorden centum (honderd) en gradus(stappen).
Hoewel het word “Celsius” al wel in gebruik was als verwijzing naar zowel een thermometer (vanaf de late 18e eeuw) als de temperatuurschaal (vanaf de vroege 19e eeuw), is de officiële naam van de schaalverdeling pas in 1948 aangepast tot Celsius.
Weetje
Toen Anders Celsius in 1742 de temperatuurschaal voorstelde die inmiddels naar hem is vernoemd, deed hij dat precies andersom dat je nu gewend bent. Het kookpunt van water was 0 graden en het vriespunt was 100 graden!
Het was zijn collega-wetenschapper Carl Linnaeus (die je misschien al kent uit dit taalverhaal over gorilla’s) die in 1745 – een jaar na Celsius’ dood aan tuberculose – de schaal omdraaide tot de verdeling die we vandaag nog kennen: water vriest bij 0 graden en kookt bij 100 graden.