Hallo!

Deze week stond ik er weer even bij stil, met vrien­delijke dank aan twee anon­ieme jongedames. Wat doen we toch vaak moeil­ijk over taal.

Niet dat dat raar is, hoor. Ik snap wel waarom we er moeil­ijk over doen. Waarom we taal omk­le­den met regels, en uit­zon­derin­gen op die regels. En dan mak­en we weer regels voor die uit­zon­derin­gen en ook weer uit­zon­derin­gen op die regels.

We spreken taal, heel veel tal­en, en in nog veel meer ver­schil­lende accen­ten. En we schri­jven taal, met let­ters of tekens of andere sym­bol­en. In die schri­jf­taal zijn er vaak ook nog eens ver­schil­lende mogelijke spellin­gen voor het­zelfde woord. En ook een hele zwik interpunctietekens.

Voor veel begrip­pen hebben we meerdere woor­den die elka­ar in beteke­nis benaderen of over­lap­pen. Zo kun­nen we dezelfde bood­schap op ver­schil­lende heel manieren ver­pakken, in uiteen­lopende sti­jlen. En van heel wat woor­den kun­nen we de geschiede­nis trac­eren tot wel duizen­den jaren geleden.

Kor­tom, we zijn flink met taal bezig. Dat kan ook niet anders: dat is wat ons mens maakt.

Maar toch, soms is het zo sim­pel. En dan kom ik weer bij de twee jongedames die ik al noemde. Blondines alle­bei, in een opperbeste bui en, zo schat ik, vier jaar oud.

Ik kwam ze tegen toen ik een winkel uitliep. Ze ston­den daar in het zon­net­je te wacht­en (op een oud­er?) en ver­maak­ten zich pri­ma met elka­ar. Half gieche­lend zei een van deze dames ter­loops maar luid en duidelijk tegen mij: Hal­lo! Waarop ik natu­urlijk heel beleefd, en even luid en duidelijk, terugzei: Hal­lo! En meteen barst­ten bei­de kleine deer­nen in onbe­daar­lijk lachen uit.

Allo allo...
Allo allo…

Wat zijn giebe­lende kleuter­meis­jes toch onweer­staan­baar schat­tig… Maar ook, bedacht ik me meteen daar­na: wat een ongelooflijk effi­ciënt gebruik van taal. Met een wild­vreemde een gesprek voeren dat maar een paar sec­on­den duurt en waar­voor je maar één woord hoeft uit te spreken. En dat met zo’n opbrengst van plezi­er en joli­jt. Dat doet geen vol­wassene ze na.

Intussen zal ik ent­hou­si­ast verder gaan met het schri­jven van stuk­jes over taal. Maar deze ont­moet­ing was wel een heer­lijk frisse douche die me eraan herin­nerde waar het uitein­delijk alle­maal om gaat. Con­tact van mens tot mens. En vooral niet ver­geten om een beet­je lol in het lev­en te hebben. Dank, dames!

Abonneer
Laat het weten als er
guest

0 Comments
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties